Programmalijn #06: Geothermie

d.Inpassing in de ruimtelijke dynamiek van de stad

Periode: 2010 - 2015 Terug naar het complete overzicht

Geothermieprojecten bevinden zich op het grensvlak van energieplanning en ruimtelijke ordening. Ideaal zou zijn als deze hand in hand gaan. De praktijk leert dat dit vaak twee gescheiden werelden zijn. Ruimtelijke ordening is het afwegen van private belangen binnen de publieke zaak. De uiteindelijke afweging tussen de verschillende belangen wordt vertaald in een ruimtelijk plan dat bij voorkeur ook rekening houdt met het natuurlijke systeem ter plaatse en alle technische randvoorwaarden, zoals de energievoorziening. Vandaar de noodzaak van kruisbestuiving tussen professionals uit de domeinen ‘Energie’ en ‘Ruimte’, ondanks het verschil in taal, concepten en producten. De vraag die centraal staat  is ‘wat er nodig is om geothermie onderdeel te maken van ruimtelijke energieplanning?’.

Veranderende rollen

De terugtredende overheid zorgt voor veranderingen binnen het ruimtelijk domein; ‘decentraal wat kan, centraal wat moet’. Ook liberalisering, schaalveranderingen en energiebewustzijn zorgen voor verschuivingen in de energiewereld, bijvoorbeeld tussen traditionele partijen en nieuwkomers. In deze veranderende context zien we rollen veranderen en moet een nieuwe balans gezocht worden tussen publieke en private verantwoordelijkheden en mogelijkheden. Dit zien we ook gebeuren bij de ontwikkeling van geothermie projecten. Opeens blijken ook andere partijen initiatiefnemer te kunnen zijn wat betreft energievoorziening en (publieke) energie-infrastructuur.

Particuliere initiatieven

Grootwarmtegebruikers nemen het voortouw bij het ontwikkelen van geothermieprojecten. Voor het organiseren van de benodigde warmte-afzetmarkt en/of het _ nancieren van het project zoeken zij samenwerking met een faciliterende gemeente en grootwarmtegebruikers of -aanbieders, om een geothermieproject succesvol te ontwikkelen. ‘Ketensamenwerking’ is dan de oplossing. In de tuinbouwsector zijn hier al succesvolle ervaringen mee opgedaan. De kunst is om elkaar te vinden en samen tot een goed afgewogen ruimtelijke energieplanning te komen in de stedelijke omgeving.

Den Haag als voorbeeld

Den Haag is de eerste stad in Nederland waarin een stedelijk aardwarmteproject is gerealiseerd. Ambitie, daadkracht ‘gewoon doen’ en onderling vertrouwen waren belangrijke pijlers onder het consortium dat de aardwarmtecentrale in Den Haag heeft ontwikkeld, en waarin alle belangrijke stakeholders in het ontwikkelproces, vertegenwoordigd waren in de keten samenwerking. De gemeente bleek een belangrijke aanjager. Behalve dat Den Haag geïnteresseerd was in deze nieuwe duurzame technologie, had zij te maken met een herstructureringsopgave en de ambitie om de energievoorziening te verduurzamen. Afstemming tussen het warmteaanbod uit de ondergrondse bron en de bovengrondse warmtevraag bleek de belangrijkste uitdaging. Tijdens het project is proactief gecommuniceerd met de bewoners in de omgeving om hen op de hoogte te houden van ontwikkelingen en knelpunten te kunnen bespreken.

Energie als ordenend principe

Begrip van en respect voor elkaars perspectieven en opgaven is niet vanzelfsprekend enkost tijd. Energie als één van de ordenende principes voor stedelijke ruimtelijke ontwikkeling zou een goede stap zijn in het beter verbinden van ondergronds warmteaanbod en bovengrondse warmtevraag: hoe ga je de energievoorziening in de toekomst organiseren, welke energie-infrastructuur hoort daar bij en hoe kun je bij het realiseren van een geothermieproject ook rekening houden met andere maatschappelijke en ruimtelijke opgaven, zodat een geothermieproject meerdere belangen kan dienen?

Tags die bij dit artikel horen