Bodem en RO
Periode: 2000 - 2010 Terug naar het complete overzicht Gebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerGebiedsgericht beheerAl in 2000 werd in de Toekomstverkenning van de RPD de lagenbenadering, de samenhang in ruimtelijke ordening van bovenlaag en ondergrond aan de orde gesteld. Met de beleidsbrief Bodem is in december 2003 een stap gezet naar een meer duurzame omgang van de samenleving met de bodem. De gebruiker van de bodem krijgt meer verantwoordelijkheid. Hij heeft het recht de bodem te gebruiken én de plicht zorgvuldig met de bodem om te gaan. De beleidsbrief erkent naast de ecologische dimensie van de bodem ook de sociale en economische dimensie. Het vermogen van de bodem om nu en in de toekomst zo goed mogelijk maatschappelijke diensten te leveren is het vertrekpunt. Een reden voor SKB om dit onderwerp in haar programma ook een plek te geven en via projecten kennis en ervaring in de praktijk op te doen.
Een belangrijk aspect van het nieuwe bodembeleid is de combinatie van bodemsanering en bodembeheer in plan- of gebiedsontwikkeling: het benutten van dynamiek. Verandering van gebruik van bodem, op het niveau van een project, wijk of gebied geeft vaak aanleiding de kwaliteit van de bodem hierbij aan te passen. Het combineren van werkzaamheden bij gebiedsontwikkeling levert meerwaarde op, zeker bij de aanwezigheid van financiering voor plan- en gebiedsontwikkeling.
Bij locatieontwikkeling, waar vaak projectontwikkelaars bij zijn betrokken, zijn economische belangen vaak de motoren van de ontwikkeling. De vraag naar woningen, bedrijfsruimten, kantoren of voorzieningen creëert financieel draagvlak voor investeringen. Als dat draagvlak groot genoeg is, levert het nemen van maatregelen voor bodemherstel of beheer meestal niet veel problemen op. Moeilijker is het in situaties waarbij het economisch rendement laag is, waardoor extra kosten voor sanerings- of beheersmaatregelen niet kunnen worden gefinancierd.
Op een hoger schaalniveau, bij gebiedsontwikkeling, is het planvormingsproces ingewikkelder. Er zijn meer actoren bij betrokken met meerdere doelstellingen en belangen. Vanuit de overheid komen naast gemeenten, ook provincies, waterschappen en meerdere departementen in beeld. Bodembeheerders moeten weten hoe dergelijke planprocessen werken en hoe zij daar in betrokken kunnen worden.
Diverse projecten richten zich op dit proces. Daarbij gaat het vooralsnog om de uitwisseling van ervaring en visies tussen bodembeheerders onderling en mensen die op het grensvlak van bodem en RO opereren. Om als serieuze partner in het planvormingsproces te opereren, is het nodig een goed beeld te hebben van de ambities van betrokken stakeholders in dit proces en ook een helder beeld te hebben van de eigen ambitie. Planontwikkeling is ook een onderhandelingsproces, een proces van geven en nemen. Aangeven hoe bodem een bijdrage kan leveren aan de ambities en doelstellingen van andere betrokkenen is daarbij een voorwaarde om ook eigen ambities en doelstellingen te kunnen inbrengen. Het kunnen schakelen tussen verschillende niveaus, belangen en doelen van rijksoverheden waar lokale plannen aan kunnen bijdragen, levert soms ook meer draagvlak op voor deze plannen.
Maar de integratie van bodem in RO vraagt ook een andere instelling en houding van bodembeheerders. Zij moeten leren kansen te zien in plaats van bedreigingen en moeten de mate waarin doelstellingen worden gerealiseerd afhankelijk durven maken van onderhandelingsprocessen. Bij het onderwerp Bodem en RO blijkt al in de praktijk dat integratie hiervan alleen kans van slagen heeft als bodemfuncties in de breedte worden ingebracht ter ondersteuning van de ambities en doelstellingen van project- en gebiedsontwikkeling. Wilt u meer lezen? Er zijn drie lijnen die vallen onder Bodem en RO:
Programmalijn
10.
Bodem en RO

Locatieontwikkeling

Toegevoegde waarde van bodem
